Jan Nas thuis op Stoeterij Buitenzorg.
Hieronder het "In Memoriam" geschreven door Hans Sinnige na het overlijden van Jan Nas, gepubliceerd in "Draf&Rensport" nr. 4, jaargang 2015.
IN MEMORIAM JAN NAS (1959 - 2015)
Ongeloof. Dat was bij de meeste mensen, die hem kenden, de reactie toen maandagochtend bekend werd dat Jan Nas niet meer leefde. Uitgerekend de man, die door zijn vele vrienden en kennissen werd gezien als een levensgenieter, een echte Bourgondiër, had besloten om uit het leven te stappen. Hij werd slechts 55 jaar...
Iets minder dan twee jaar geleden zochten we Jan op voor een uitgebreid interview in onze Breeders Special. Hij had
in het jaar 2000 de stoeterij gepacht van zijn vader (die in 2009 is overleden) en had daarna bewust gekozen voor een totaal andere aanpak. Hij richtte zich op de rijpaardenwereld. "Van de drafsport alleen konden we niet overleven. Als we dat hadden geprobeerd dan was er nu geen Stoeterij Buitenzorg meer geweest", zei hij die dag.
Jan was creatief in zijn bedrijfsvoering. Hij verhuurde boxen aan Grand Prix dressuurruiters, zette samen met collega Robrecht
Vanhoutte een kleine maar bloeiende dierenartspraktijk op en, net als vader Wim Nas dat destijds deed, handelde Jan in grond. "Grondmakelaar is een mooie job. Je hoeft er niet voor gestudeerd te hebben, het gaat erom dat je de juiste mensen kent." En die kende Jan. Hij was ondermeer betrokken bij de organisatie van de plaatselijke kortebaan en de ponymarkt.
Niet als bestuurslid, want dat trok hem totaal niet, maar als sponsorwerver en bedenker van een nieuw concept. Een vierdaags evenement met zaterdag een grote keuring van Shetlanders, zondag een springconcours, maandag de ponymarkt en dinsdag de kortebaan, dat was wat hem voor ogen stond. "Volgend jaar lukt ons dat nog niet, maar over twee of drie jaar redden we dat", aldus Jan, die graag nadacht over hoe zaken beter kunnen.
Dat de dravers niet meer de boventoon voerden bij Stoeterij Buitenzorg wilde niet zeggen dat de liefde voor de drafsport over
was. Integendeel, Jan had zelf nog enkele fokmerries en ook registreerde hij elk jaar nog een paar jonge dravers. Recent werd
er zelfs een nieuwe Henri Buitenzorg in het stamboek opgenomen, een vorig jaar juni geboren zoon van Abano As uit Uniek
Buitenzorg. "We moeten zien dat de drafsport weer gaat leven bij een groot publiek. We zijn uit beeld geraakt, de slag
bij de radio en televisie hebben we verloren. Wat we nu nodig hebben is PR waarmee we de mensen weer naar de banen krijgen. En die mensen moeten we daarna zover zien te krijgen dat ze een draver willen kopen, zodat we ook onze fokkerij weer uit het dal krijgen. Want de fokkers zitten al jaren in de hoek waar de klappen vallen." Dat een draver duur is in onderhoud en aanschaf realiseerde Jan zich maar al te goed. Ook daarvoor had hij een oplossing. Net als hij destijds deed met zijn succesdravers Kazan Buitenzorg en Yamira Limburgia, pleitte hij voor meer vriendenclubs. "Samen een draver in bezit hebben is geweldig. De leden van die clubs zorgen voor een aanstekelijk enthousiasme. Mensen om hen heen kochten destijds ook met groepjes een draver. Die kant
moeten we op."
De kop boven het verhaal dat we twee jaar geleden maakte was een citaat van Jan Nas. `Over drie jaar zijn we er weer bovenop'.
Het was Jan ten voeten uit. Een optimist, iemand die een visie had en daar graag tijd en moeite in stak. Juist die combinatie, zo
hoorden we maandag, zat vooral Jan zelf in de weg. Jan was een perfectionist. "Jan wist precies hoe hij het wilde hebben en daar
mee maakte hij het zichzelf niet makkelijk", zegt Jos van Koolwijk, voormalig bedrijfsleider bij Buitenzorg en bovenal een goede
vriend van Jan. Jos werd net als iedereen totaal verrast door met name het moment waarop dit gebeurde. Dat Jan problemen
had was in zijn directe omgeving bekend, daarvoor had hij professionele hulp gezocht. "Maar dat heeft niet mogen baten.
Het is zo triest. Jan heeft mij geholpen, hij heeft in al die jaren duizenden mensen geholpen. Maar niemand kon Jan helpen",
aldus een aangeslagen Jos.
Tijdens het interview, twee jaar geleden, waren we een dag te gast in het gezin van Jan. Zijn lieve vrouw Thérèse, zijn beide
dochters Ghilaine en Anne-Sophie, inmiddels 20 en 18 jaar oud, en moeder Nel moeten nu verder zonder de lieve man die ook wij nooit zullen vergeten.
Jan met een sigaartje en een glas wijn in de hand, filosoferend over de sport. Zo zal hij altijd in onze gedachten blijven. Daarom hebben we bewust de onderstaande foto erbij gezet.
Rust zacht, Jan.
Ergens in 2008 was de hele familie Nas aanwezig bij de huldiging
na het Henri Buitenzorg-Memoriaal op
Duindigt. We zien Wim Nas
samen met zijn echtgenote Nel, zoon Jan en diens echtgenote
Thérèse (Everaert, 2e van rechts) en Jan en Annie Wagenaar,
die de sierdeken vasthouden.
Wim Nas overleed in 2009, zijn zoon Jan in januari 2015
Bovenstaande foto stond ook bij het onderstaande interview uit 2013.
Toen stond eronder: Jan en Thérèse proosten op Buitenzorg.
"Zonder Trees hadden we dit nooit gered" zegt Jan.
Hieronder het interview van Hans Sinnige met Jan Nas, dat is gepubliceerd in de Breeders Special van 2013. Het typeert de man uit Bemmel.
Titel: "Over drie jaar zijn we er weer bovenop"
In 2006
werd er voor het laatst een draverveiling
gehouden in Bemmel. Daarna werd het stil rond Stoeterij Buitenzorg. Jan Nas,
die in het jaar 2000
het bedrijf pachtte van zijn vader, koos bewust voor een totaal andere aanpak. Dat hij
een juiste keuze heeft
gemaakt, blijkt aIs we hem opzoeken voor een interview. Het gaat Nas en Buitenzorg goed. En de liefde voor de dravers is er nog steeds.
Van buitenaf ziet Stoeterij Buitenzorg er nog net zo uit als op de foto's die we van vroeger kennen. Het karakteristieke
woonhuis staat er nog steeds. Het ligt nu achter een hoog toegangshek dat automatisch open gaat als er bezoekers voor de
deur staan. Dat hek is geen overbodige luxe. "Er wordt hier in Bemmel de laatste tijd veel ingebroken. Aan de overkant was het al
drie keer raak. Zo'n hek helpt dan hopelijk toch", stelt Jan Nas vast.
Eenmaal op het terrein valt op dat er toch wel het een en ander is veranderd. Alle gebouwen zitten strak in de verf, de
partyruimte en het röntgengebouw zijn nieuw en ook de vele pijlen die de weg wijzen naar huurders die op het erf actief zijn stonden er vroeger niet. "Toen ik Buitenzorg overnam van pa heb ik elk jaar tussen de 60.000 en 70.000 euro geinvesteerd in verbouwingen en veranderingen. Daarbij heb ik me gericht op de rijpaardenwereld. Van de drafsport alleen konden we niet overleven."
Op 26 februari 1972 nam Wim Nas de stoeterij over van de gebroeders Snetselaar. Buitenzorg was toen al een begrip in de
sport. De Snetselaars fokten in hun eerste jaargang van 1966 meteen Henri Buitenzorg, die op spectaculaire wijze de Derby won. Onder
Nas senior bleef Buitenzorg aan de weg timmeren. Er werden merries gekocht, veilingen georganiseerd en zelfs koersen in het leven geroepen voor paarden die in Bemmel werden verkocht. Drafsport in Nederland zonder Buitenzorg was jarenlang ondenkbaar, maar de crisis die de sport langzaam maar zeker in zijn greep kreeg zorgde ervoor dat we toch ook aan dat idee moesten gaan wennen. In het boek 'Mensen, paarden en paardenmensen' is het levensverhaal van Wim Nas opgetekend. 'Mister Buitenzorg' verzucht daarin vanaf begin 1990 al dat de prijzen die werden behaald op zijn jaarlingenveilingen en mixed sales 'bijzonder matig', 'teleurstellend' en later zelfs 'dramatisch slecht' waren. "Eigenlijk was het al een aflopende zaak vanaf het moment dat Sijbrand en Titia Iwema ons
verlieten als bedrijfsleiders en voor zichzelf begonnen. Dat hebben ze overigens super gedaan, ze hebben nu in Eenrum een bedrijf
staan dat zelfs in Europa zijn gelijke niet kent. Grote klasse. Maar de meeste paarden en klanten gingen destijds met ze mee. In
Bemmel hielden we een paar merries over en onze hengsten. Dat werd na verloop van tijd steeds minder. De sport liep verder terug en pa had geen zin meer om de klanten terug te gaan winnen. Hij hield uiteindelijk voor zijn hobby nog een merrie. Ik was in die tijd dierenarts en had het druk. Ik had twee eigen merries", zegt Jan Nas.
Eind 1999 hield Wim Nas zijn laatste veiling, de 'Mixed Millennium Sale'. Hij noemt het in zijn eigen boek een dieptepunt, in alle opzichten. Daarna duurde het tot 2006 voordat er opnieuw een veilinghamer viel in de toen sfeervol aangeklede hal. "Die veiling
was niet slecht. Integendeel, gemiddeld brachten ze toen 5.000 euro op. Om de sfeer te verhogen hadden we bekende mensen
uitgenodigd. Jos Verbeeck was er, die kocht toen ook nog een jaarling. Aad de Mos zat op de tribune. Dat vinden de mensen mooi,
daar komen ze op af. Een beetje aan de PR doen, dat is belangrijk. Dat doen we zelf, want de sport doet het niet en deed dat de
laatste jaren helaas ook niet."
Nieuw publiek
Jan Nas komt daarmee op een voor hem gevoelig punt. Hij ziet zijn sport en hobby jaar na jaar verder teruglopen en dat doet
hem pijn. Uit alle macht probeert hij zelf het tij te keren. "We hebben op de televisie en de radio de strijd verloren. De drafsport is daar niet meer te zien of te horen. Daarnaast is het imago van de sport slecht, ook bij de overheid. We worden geassocieerd met maffiafiguren en met zwart geld. Dat laatste is er helaas niet meer, anders zou het ons een stuk beter gaan", grinnikt Nas, die in een adem een pleidooi houdt voor de terugkeer van de bookmakers. "Die zorgen met hun bordjes voor show op de
baan, kijk maar naar Engeland. Dat willen de mensen zien, dat hoort erbij. Nu doen ze bij ons heimelijk hun werk en dat kost ons
veel omzet. Dat kunnen we ons als sport niet veroorloven."
Vriendenclubs
Nas raakt op dreef. "Dat er geen publiek meer naar de banen komt is dodelijk. We hadden nooit wedkantoren moeten hebben. Die hebben de bezoekers en de gezelligheid weggehaald op de banen. Wedkantoren kunnen wel wat toevoegen, maar dan moet je ze naar Frans voorbeeld opzetten. Gezellig eten, drinken en daarnaast een gokje wagen. Om de mensen nu nog terug te krijgen naar de banen is een hele klus. De bezoekers die je nu probeert binnen te halen zijn gezinnen met kinderen. Die hebben al genoeg dagelijkse bezigheden en hobby's. Als je die binnen wilt krijgen dan moet je ze wat bieden. Pony's voor de kinderen, een goede plek waar ze kunnen zitten en een intensieve begeleiding door vrijwilligers die uitleggen wat er allemaal op een koersdag gebeurt. Dan komen ze nog eens terug. En ze gaan anderen vertellen hoe leuk het was. Dat is onbetaalbaar: mond op mond reclame. En die nieuwe mensen moeten we dan op termijn naar onze veilingen zien te krijgen. Daar hebben we ook kopers nodig, de fokkers zitten al veel te lang in de hoek waar de klappen vallen. Ze leveren topmateriaal aan, maar de kopers zijn er niet meer."
Nas heeft gelukkig niet de illusie dat een nieuwe bezoeker heel snel uit zichzelf overgaat tot de aanschaf van een draver.
"Dat is veel te duur. Maar met vriendenclubs gaat het wel. Dat is bij ons de laatste jaren ook enkele malen met succes gedaan. We
hadden destijds met tien man Kazan Buitenzorg, die heeft het voor ons geweldig gedaan. En met stal Zorgen Buiten de Poort
hadden we Yamira Limburgia, die bijna een ton verdiende. De leden van die clubs zorgen voor een aanstekelijk enthousiasme, mensen
om hen heen kochten ook met groepjes een draver en die kant moeten we op. Dan ontstaat er weer een vraag naar jaarlingen."
Boven: Yamira (links) en Yalisa Limburgia worden tweede en eerste
in de Merrie Derby. Yamira was in bezit van
stal Zorgen Buiten de Poort uit Bemmel
Eigen paarden
Zelf heeft Jan Nas nog maar een eigen jaarling. Dat is Finn Buitenzorg, hij is vernoemd naar de zoon van paardentandarts en huisvriend Harm Peters. Finn is geboren op 19 juli, de dag dat pa Nas in 2009 overleed. Logisch dus dat Jan een diepe band voelt met deze draver, die door Annie Wagenaar persoonlijk wordt klaargestoomd voor de baan. "Er zijn nog wel meer jonge Buitenzorgjes, maar die heb ik niet zelf gefokt. Die waren van fokkers die het dek- en veulengeld niet betaalden. Dan kreeg ik de keuze: of je neemt ze op naam, of je laat ze slachten. En een gezond paard laten slachten gaat me te ver. Daarom heten ze nu Buitenzorg."
De meeste van hen hebben Royal Gull als vader. Zijn producten waren op de veilingen niet zo gewild. "Vorig jaar brachten ze
gemiddeld zo'n 400 euro op, een jaar eerder nog minder", weet Nas nog precies.
Derek Buitenzorg haalde met een verkoopprijs van 100 euro zelfs alle media, hij werd door een groep Friese journalisten gered van de
slacht en zorgde voor een hype op bescheiden schaal. "Dat pakte prima uit, zowel voor Buitenzorg als voor de sport. Daar is
veel media op afgekomen." Op de vraag of Derek straks ook nog gaat stunten in de klassiekers geeft Nas een eerlijk antwoord.
"Nee, dat denk ik niet. Derek wordt een gewoon paard." De vader van Derek, Royal Gull, staat inmiddels niet meer in Bemmel.
Die is verhuisd naar de zwager van Jan in Belgie. "Hij staat bij Stoeterij Everaert. Vorig jaar heeft hij weinig gedekt. Ik denk
dat de fokkers een beetje geschrokken zijn van de prijzen op de veilingen. Maar let op mijn woorden: Royal Gull brengt straks een
paar goede paarden. Hij was zelf niet zo vroeg en zijn producten zijn dat ook niet. Ze kunnen al snel een stukje hard en dan ben
je als trainer geneigd om te denken dat ze jong kunnen presteren, maar ze hebben even wat tijd nodig."
Paardencentrum
Als Jan Nas vanaf de eeuwwisseling al zijn geld in de drafsport had gestoken, dan was hij er met Stoeterij Buitenzorg nu waarschijnlijk niet meer geweest. Hij was slimmer en daarom gaat het Buitenzorg nu uitermate goed. "De kurk waarop alles drijft
is de paardenkliniek. Die doe ik samen met Robrecht Vanhoutte. We zijn kleinschalig en zijn 24 uur per dag bereikbaar. Daarmee
onderscheiden we ons van de grote klinieken. We hebben heel veel werk en daar komt binnenkort een grote klant bij. We gaan de nieuwe Greenwood Farms van Frank Bins in het nieuwe dekseizoen begeleiden. Zijn nieuwe bedrijf ligt hier maar een paar kilometer vandaan."
Buitenzorg ontvangt verder inkomsten uit huur. Er worden stallen verhuurd aan de Grand Prix dressuurruiter Suns de Klein en
aan Mark en Carolien Witten, die in de voormalige veilinghal les geven en rijpaarden zadelmak maken. Daarnaast staan er nog 60
paarden, waaronder een aantal dravers, in pension. Net als zijn vader is Jan ook af en toe actief in de handel. "In de paarden, meestal gaan die weg voor de slacht, en in de grondhandel. Dat laatste wil ik graag uitbreiden. Grondmakelaar is een mooie job. Je hoeft er niet voor gestudeerd te hebben, je moet alleen de juiste mensen kennen."
De Vierdaagse van Bemmel
Die mensen kent Jan en om die reden is hij ook nauw betrokken bij de kortebaan in Bemmel. "Niet als bestuurslid, dat wil ik
niet, maar wel in een adviesrol en als sponsorwerver. De kortebaan is een hit in Bemmel, de mensen hier vinden het prachtig dat die dravers door de straat sprinten. Het is een jaarlijks feestje en als het aan mij ligt dan gaan we dat op de kaart zetten als een landelijk festijn. Wat mij voor ogen staat is op de zaterdag een grote keuring van Shetlanders, op zondag een springconcours met goede ruiters zodat je de mensen ook entreegeld kunt vragen, op maandag de ponymarkt en dinsdag de kortebaan. Dan heb je alle facetten van de paardensport in vier dagen in Bemmel. Volgend jaar lukt ons dat nog niet, maar in twee of drie jaar redden we dat."
Individueel opfokken
Bij Buitenzorg zijn in de voorbije decennia
talloze topdravers opgegroeid. De kans dat
er de komende jaren Derbywinnaars
vandaan komen is niet ondenkbaar, ook al
staat de eigen fokkerij op een laag pitje.
"We hebben dit jaar 16 jaarlingen staan. Ik
wil toe naar 20 en die gaan we individueel
opfokken tot aan hun tweede jaar", zegt
Nas. "Vooral die tweede fase is heel belangrijk, die zijn veel fokkers vergeten.
Jaarlingen worden als ze in de winter op
stal staan bijgevoerd. Dat is een goede zaak,
maar zodra ze in het voorjaar naar buiten
gaan staan, ze alleen nog maar in het gras.
Dat is niet genoeg, zelfs niet als ze op de
allerbeste kalkrijke grond of op bet mooiste
kleiland laat staan. In het gras zit namelijk
te weinig fosfor en magnesium en dat
hebben ze nodig. Krijgen ze dat niet driemaal in de week bijgevoerd, dan ontstaan er tekorten die hen in hun ontwikkeling schaadt. Wij gaan de veulens, die hier staan tot en met hun tweede jaar optimaal begeleiden en bijvoeren. Dat wordt een project waar ik heel veel van verwacht."
Nog meer maatregelen
De sport en de fokkerij houden Jan Nas, die als dierenarts een jaar lang ervaring opdeed bij de fameuze Castleton Farm in de VS,
nog steeds bezig. Hij heeft een uitgesproken mening over hoe het anders en beter moet en kan. "Veel grote en goede fokkers zijn de afgelopen jaren gevlucht naar Duitsland. Dat is zo zonde, maar wel begrijpelijk. Om hen terug te krijgen zouden we in
Nederland een fokpremie van 5% in moeten voeren over bedragen die Nederlandse paarden in het buitenland verdienen. Dat, in combinatie met de komst van de PMU naar Nederland, zou genoeg zijn om de vaart er weer in te krijgen in de fokkerij. We
zijn er dan voor mijn gevoel in drie jaar tijd weer helemaal bovenop. Verder vind ik dat de opleiding van de trainers beter moet. Ze hebben in Deurne niets meer te zoeken, daar leren ze niets. Ze kunnen beter een plek bij Bas Crebas maken, waar ze tien
leerlingen opleiden. En dan moet er veel aandacht zijn voor het bijbrengen van normen en waarden. De sport heeft behoefte aan trainers en rijders die goed met eigenaren om kunnen gaan. We moeten nieuwe André Bakkers hebben. De rest leren ze vanzelf, in de praktijk."
De Buitenzorg Veiling
Dat Jan Nas niet bang is om zelf zijn nek uit te steken voor de drafsport onderstreept hij door een terugkeer van de populaire
Buitenzorg Veiling niet uit te sluiten. "We hebben nu alleen nog Unitrot over. Dat is te weinig, concurrentie maakt je als veilingorganisatie juist sterker. Drie veilingen in ons land, dat zou optimaal zijn. Het SWS-concept was goed, dat kan John Bootsman straks weer gaan doen. En ik wil dan ook best weer een veiling organiseren. Dat kan alleen als de inschrijvingen voor die drie veilingen allemaal in een pot gaan en de paarden daarna onderling worden verdeeld. De toppers moeten eerlijk worden verspreid. Dat krijg ik met John en met Henk Hamming van Unitrot denk ik wel voor elkaar. Nu leent de situatie zich daarvoor
nog niet, het aantal jaarlingen dat op de markt komt is veel te klein om drie veilingen te organiseren. Maar als onze sport
straks onder de vleugels van de PMU weer opleeft dan kan het. Ik heb er alle vertrouwen in dat we met de sport en de fokkerij
over drie jaar weer gezond kunnen zijn. Ik ben een optimist, maar ook een realist. Dat is de reden dat Buitenzorg er nog steeds is."
Naschrift:
Anderhalf jaar later: In het najaar van 2014 was er droes uitgebroken in het Fries Paardencentrum in Drachten. De Unitrot-jaarlingenveiling zou daar worden gehouden en dat moest worden afgelast. Na snel overleg werd besloten dat de veiling zou zou plaatsvinden in de veilinghal van Stoeterij Buitenzorg. Het werd een groot succes, vooral dankzij de familie Nas. De jaarlingprijzen waren goed en de sfeer was fantastisch. Jan was een uitstekende gastheer en het was weer als vanouds. Iedereen was enthousiast, onwetend van wat ons een half jaar later te wachten stond. Jan is niet meer. Het wordt nooit meer als vroeger.......
Boven: Jan Nas (links met sigaartje in de mond) in 2013
met zijn toenmalige bedrijfsleider Harco van de Zouwen.
Videobeelden (Youtube) van Jan Nas in
De "Roots" van Derek Buitenzorg:
Stoeterij Buitenzorg, met beelden van vader Royal Gull
en een interview met de betreurde Jan Nas
click op de pijl hieronder!
Wilt u ook lezen over vader Wim Nas?
Click hier
|